Zoeken

Hachi

  • Cinevision.be/nl quoteert Hachi met een 3/5
  • Regisseur: Lasse Hallström
  • Cast: Richard Gere, Joan Allen, Sarah Roemer
  • Genre: Drama
  • Duur: 93 minuten
  • Releasedatum DVD: 28-04-2010
  • Distributeur DVD: Entertainment One
Bekijk de cover van de film "Hachi"

Hondenhaters, loop niet direct weg. De nieuwste film van Zweeds cineast Lasse Hallström brengt dan wel een ode aan de trouwe viervoeter, maar toch vist de maker van met Oscar(nominatie)s bekroonde kleinoden als ‘The Cider House Rules’ en ‘Chocolat’ niet in de sentimentele vijver van ‘Marley & Me’ of ‘Hotel For Dogs’, andere films uit de recent flink uitgebreide woef-canon. ‘Hachi’ ontleent zijn premisse namelijk aan een oude Japanse legende, die tot op heden in de westerse wereld niet veel bekendheid genoot.

Die vertelt de lotgevallen van Hachikô (de originele titel luidde ook ‘Hachiko: A Dog’s Story’), een Akita (een hondenras, behorende tot de Aziatische keeshonden) die in Japan veel bekendheid verwierf door het feit dat-ie na de dood van z’n baasje negen jaar lang op diens terugkeer wachtte bij het treinstation Shibuya in Tokio. Dat leverde de hond uiteindelijk een standbeeld op voor het station. In 1987 werd dit verhaal reeds verfilmd als ‘Hachikô Monogatari’, een Japanse klassieker die zich liet kenmerken door zijn typerende Aziatische soberheid. Deze nieuwe bewerking verplaatst de actie vanzelfsprekend naar een pittoresk Amerikaans dorpje.

Wanneer professor Parker Wilson (Richard Gere) op een avond thuiskomt en hij in het treinstation een verlaten pup aantreft, besluit hij die mee naar huis te nemen - in afwachting tot de echte eigenaar zijn hond komt claimen. Wanneer dat evenwel niet gebeurt, besluit Parker, ondanks protest van zijn vrouw (Joan Allen), het beestje te houden. In navolging van wat er op zijn halsband te lezen staat, noemt hij hem Hachi. De band tussen Parker en Hachi wordt al heel snel een erg hechte wanneer de kwispelaar met eigen willetje (apporteren doet hij bijvoorbeeld niet) zijn baasje elke dag naar het station vergezelt en hem daar elke avond weer staat op te wachten...

Het vervolg is - door de legende - ook bekend. Wanneer Hachi amper drie jaar oud is, begeeft Parkers hart het ten midden van een college. Die dag ziet de hond zijn baasje niet terugkeren. Maar ophouden staat niet in het woordenboek van een Akita; en elke dag keert hij terug naar het station. Toegegeven, in de handen van heel wat prefab-filmers had het verhaal van Hachikô tot één groot tranendal kunnen leiden, maar Hallström laat het nooit zover komen. Natuurlijk speelt hij op het sentiment, althans meer dan het Japanse origineel destijds deed, maar het wordt nooit zo erg dat de film er zich volledig in vast rijdt. Dat is best een knappe prestatie, rekening houdende met de beperkte plot.

Wie opmerkt dat ‘Hachi’ saai is, heeft niettemin een punt. Vooral in de eerste helft gebeurt er niets dat de hartsnaren beroert of dat zelfs maar een beetje interessant is. Gere en Allen geven naturel gestalte aan hun niet uitgewerkte personages, maar van groot acteerwerk is geen sprake. De ster van de prent is wel degelijk de hond zelf, en die ziet er zo beminnelijk uit dat mogelijk de meest rabiate dierenhater hem zelfs een knuffel zal willen geven. Het laatste halfuur zoomt Hallström volledig op Hachi in, en dat levert een stel pakkende momenten op zonder klef te worden. Tekenend daarbij is de minimalistische score en het sobere slot. Een ontroerend mooi eerbetoon zowaar aan de loyaliteit van een viervoeter.

Peter Janssens

© Cinevision.be/nl

   Bioscoop

   DVD/Blu-Ray