Cinevision
Film besprekingen: bioscoop, dvd en Blu-ray

Vergeet Rooster Cogburn, Django, Shane, Billy The Kid, Wild Bill en - ja, zelfs - The Good, The Bad en The Ugly. Hét meest iconische karakter uit het Wilde Westen is de poor lonesome cowboy die sneller schiet dan zijn eigen schaduw. Oftewel: de aan het Belgische brein van Maurice de Bevere aka Morris ontsproten cowboy Lucky Luke. Met 250 miljoen verkochte stripexemplaren in ruim 30 landen kan je het succes van deze als westernpersiflage aangevatte comic-serie niet ontkennen.

Een stelregel zegt dat wanneer iets succesvol is men dat succes ook op andere fronten zal pogen te exploiteren. De stap van stripfiguur naar cartoonheld is bovendien niet zo moeilijk te zetten, dus was het louter een kwestie van tijd vooraleer de avonturen van ’s werelds meest vermaarde westernkarakter naar een animatiefranchise dan wel -film vertaald zouden worden. Al hebben ze er wel hun tijd voor genomen. De figuur Lucky Luke dook voor het eerst op in 1946 (in het weekblad ‘Robbedoes’ om precies te zijn) en pas een kleine veertig jaar later - we schrijven begin jaren ’80 - besliste de Hanna-Barbera-studio een tekenfilmversie te produceren.

Wie toen jong was, zal zich die ongetwijfeld nog levendig voor de geest halen. En wie nu jong is, hoeft de tv-programmatie er zelfs geeneens op na te slaan, want met deze 8 dvd’s bevattende megaverzamelbox zit je goed voor de bijna vijftig avonturen die een kwarteeuw geleden in première op de buis te bewonderen waren. De dubbele bodems uit de strip - vaak afkomstig uit de pen van scribent Albert Goscinny (‘Asterix’) - zijn bovendien behouden, wat dit prettig kijkvertier maakt voor zowel kroost als ouder, die alzo meekijken niet eens als een verplichting, maar als een plezier kan zien. Wie maar een beetje thuis in de geschiedenis van het Wilde Westen zal zeker tal van referenties spotten, die een jongere kijker mogelijk zal ontgaan.

Niettemin zal die laatste categorie zich eveneens amuseren, want de leuke, luchtige én plotgedreven verhaaltjes volstaan om hen meermaals een leuke tijd te bezorgen. Voor zover de kleurrijke personages dat sowieso al niet zullen doen. Uiteraard is de cowboy in de titelrol het karakter dat de meeste bekendheid geniet, al kan je allerminst simpel voorbij aan de vele clowneske en intussen minstens zo legendarische nevenkarakters: het schakende paard Jolly Jumper, de domme, maar zo sympathieke gevangenishond Rataplan en vanzelfsprekend het hilarische geboeftekwartet dat naar de verzamelnaam De Daltons luistert.

Met andere woorden: naast frieten, wafels, chocolade en die andere sterstripfiguur die op dit huidige moment pelliculegewijs door koningskoppel Steven Spielberg en Peter Jackson onder handen genomen wordt (‘Kuifje’) is ook ‘Lucky Luke’ één van de niet te onderschatten exportproducten die de Belgische (culturele) geschiedenis rijk is. Het hoeft uiteraard niet gezegd dat deze zeer uitgebreide - meer dan twintig uur ben je met de box zoet - cartooncollectie vooral voor de jongere kijkers een must is, maar ook uit nostalgische redenen verdient dit een plaatsje in de kast van elke stripfanaat. Net zoals de tekenfilmserie die ‘Kuifje’ in plusminus dezelfde periode te beurt viel, is dit een staaltje animatiegeschiedenis.

Peter Janssens