‘X-Men: The Last Stand’ wordt overal aangekondigd als het slotstuk in de trilogie over heldhaftige mutanten, die het doorgaans opnemen tegen - jawel! - vijandige mutanten. Op zich lijkt dit een onnozele premisse, maar toch wist Hollywood met deze zoveelste variatie op de eeuwenoude strijd tussen goed en kwaad reeds twee succesvolle films voort te brengen.
Het voornaamste verschil tussen deze derde aflevering en z’n twee voorgangers is de heuse crewwissel. Regisseur en bezieler van de reeks Bryan Singer verliet de saga en nam een hele hoop technici met zich mee. Vervanger van dienst is Brett Ratner, de man achter wanproducten als ‘The Family Man’ en ‘After The Sunset’. Maar niet getreurd, iedereen die bij deze keuze z’n twijfels had, kunnen we meteen geruststellen: Bryan Singer had het niet beter gedaan. ‘X-Men: The Last Stand’ is zeker geen meesterwerk of grensverleggende actiefilm geworden, maar Ratner heeft zonder twijfel de juiste sfeer te pakken.
Op papier heeft ‘The Last Stand’ met voorsprong de interessantste ideeën - hoe reageren mutanten op een medicijn dat hen kan ‘genezen’? - maar het scenario is veel onevenwichtiger. De verhouding tussen kleine, acteursgerichte scènes en opgeblazen, allesvernietigende actiesequensen valt lelijk tegen. Je merkt dat CGI een veel grotere rol speelt dan ooit tevoren, wat resulteert in een bijzonder lange spectaculaire finale, die weliswaar de fans van het betere bluts- en knalwerk zal plezieren, maar die ons jammer genoeg enkele keren op onze horloge deed lonken. Jammer, want het eerste uur was meer dan uitstekend en Ratner pakt regelmatig uit met enkele niet te versmaden scènes - de openingsscène is schitterend en de ‘aanval’ van Magneto en z’n bende op het gevangenentransport is tegelijk cool en hilarisch.
Aangezien ‘The Last Stand’ slechts een goed anderhalf uur duurt, hebben de scenaristen maar weinig ruimte om hun karakters verder uit te werken. Met de bekende personages zijn we natuurlijk al lang vertrouwd, maar de nieuwe figuren komen er erg bekaaid vanaf. Enkel Vinnie Jones (als Juggernaut) en Kelsey Grammer (als Beast) krijgen iets meer schermtijd, de andere nieuwelingen mogen al blij zijn met vijf minuutjes dialoog. De meest vermakelijke vertolking is echter opnieuw afkomstig van Ian McKellen, die zich duidelijk uitstekend in z’n sas voelt als schurk Magneto. Of ‘X-Men: The Last Stand’ daadwerkelijk het laatste deel uit deze reeks is, zal nog moeten blijken. De cliffhanger na de eindgeneriek doet immers geloven dat de X-mannen nog lang niet uitgeteld zijn.