Nog steeds half verlamd van de mokerslag die regisseuse Kathryn Bigelow begin dit jaar uitdeelde (het sublieme ‘The Hurt Locker’), zaten we niet meteen te wachten op weeral een film die de wonden van de Irak-oorlog pijnlijk voelbaar maakt. Vooral omdat de kans dat de boodschap na Bigelow’s parel minder hard zou aankomen niet onbestaande was. Dat is echter buiten het kunnen van beginnend filmmaker Oren Moverman gerekend. Waar de ex van James Cameron haar verhaal aan de hand van bikkelharde actie vertelde, doet de getalenteerde Moverman het zonder één schot.
Hoe het nog mogelijk is na elvendertig films die steeds een ander facet van de oorlog belichten, weten we niet, maar de filmmaker is er bovendien in geslaagd een thematiek aan te snijden die tot op heden nog niet verkend werd. ‘The Messenger’ vertelt het verhaal van Will (Ben Foster), die terugkeert uit de oorlog, maar nog drie maanden legerdienst voor de boeg heeft. Hij wordt onder de hoede geplaatst van Tony (Woody Harrelson), met wie hij deel uitmaakt van de Casualty Notification Office, de dienst van het leger die naaste familieleden informeert over het heengaan van hun dierbaren. A tough job, but someone’s gotta do it, zeg maar.
‘The Messenger’ trekt erg langzaam op gang, omdat Moverman ervoor kiest de personages uitgebreid voor te stellen. We maken kennis met Will, die moreel één van de zwaarste jobs voor de kiezen krijgt terwijl hij zelf amper hersteld is van de sporen die de oorlog bij hem heeft achtergelaten, zowel fysiek (hij heeft iets chronisch aan de ogen) als moreel (zijn liefje heeft hem laten zitten en staat op trouwen met een ander). Daartegenover staat de stoïcijnse, schijnbaar emotieloze Tony, die Will opslag aan een reeks regeltjes onderwerpt. De manier waarop beide mannen, elk op hun manier vechtend en pogend de trauma’s weg te spoelen of te vergeten, naar elkaar toegroeien en elkaar gaan ondersteunen, is een staaltje van meesterlijk scriptwerk.
Iets over halfweg lijkt de film eventjes te ontsporen wanneer Will verliefd wordt op een vrouw aan wie hij een paar dagen eerder de boodschap bracht dat haar man gesneuveld is, maar ook deze relatie in de dop wordt met de nodige soberheid verteld. Wat misschien erg tekenend is voor de film in zijn geheel. Alles wordt erg klinisch uit de doeken gedaan, waardoor elke scène waarin nog maar een paar emoties aan de oppervlakte komen drijven meteen door merg en been snijdt. Het einde (Tony en Will samen op de bank) is een schoolvoorbeeld van hartverscheurende cinema.
‘The Messenger’, de terechte winnaar in Deauville, omzeilt keurig de valkuilen die een film als deze met zich meebrengt en vermijdt puik de clichés. Je hebt natuurlijk al eens eerder een verhaal gezien over ex-soldaten die de oorlog maar moeilijk van zich afgeschud krijgen, maar door de scherpe karakteruitdieping is van een déjà vu-gevoel nooit sprake. Het helpt bovendien dat Ben Foster (nog maar eens zijn talent etalerend) schitterend staat te acteren en dat ook Woody Harrelson bewijst vaak onderschat te worden als acteur; de manier waarop hij een personage neerzet wiens opgetrokken muur stilaan gesloopt lijkt te worden, is groots. Een stamp-in-de-maag-film. Verplichte kost.