‘28 Weeks Later’ is nog geen tien minuten bezig of onze maag heeft zich al in diverse bochten gewrongen. Niet omdat het verhaaltje reeds tegensteekt - integendeel, het scenario is één van de sterke punten van de film - maar wel omdat regisseur Juan Carlos Fresnadillo, die de ondankbare taak heeft om in de voetsporen te treden van ‘28 Days Later’-cineast Danny Boyle, zijn camera geen seconde kan stilhouden. De proloog is daarom tegelijkertijd indrukwekkend en misselijkmakend. En zo gaat dat de hele film door. Misschien ligt het aan ons, maar hoe opwindend en energetisch sommige scènes ook mogen zijn, de loeiharde en wel zeer beweeglijke mise-en-scène dreigen af en toe danig op de zenuwen (en dus ook op de gevoelige maag) te werken.
Het verhaal gaat verder waar de vorige ophield, maar dan met andere personages. Het virus lijkt zo goed als uitgeroeid en heel wat Londenaars mogen terug de stad in, zij het deels in quarantaine. Dit zorgt voor de hereniging van een vader (Robert Carlyle) met z’n twee kinderen. Als niet veel later de gevaarlijke infectie opnieuw z’n intrede maakt in de stad breekt de terreur opnieuw uit. De overheid heeft een plan: alles en iedereen uitroeien.
De premisse lijkt op het eerste gezicht bijzonder eenvoudig, maar de morele keuzes waarmee de personages al vanaf de openingsscène geconfronteerd worden, maken van deze film scriptgewijs een topper. De spanning en sfeer worden er goed ingehouden en doordat de focus dit keer op een gezin ligt, is de betrokkenheid met de karakters veel groter. Tot zover het goede nieuws. Fresnadillo bewees zich een aantal jaren terug, met het voortreffelijke ‘Intacto’, een talent om in het oog te houden, maar ’s mans hyperkinetische zombieregie komt nog niet aan de hielen van Danny Boyle en dat is zonde. Pas op: er zitten een paar ongemeen spannende passages in ‘28 Weeks Later’, die op individueel niveau uitstekend werken (de auto in de rook!), maar doordat Fresnadillo er op willekeurige momenten voor kiest om z’n camera als een gek te laten tollen (vooral tijdens de Carlyle’s loopscène overdrijft-ie écht!), raak je toch nooit echt in de film. Bovendien is de finale zeer pover en de slotscène redelijk banaal en voorspelbaar.
Robert Carlyle, die destijds graag in ‘28 Days Later’ had meegespeeld maar wegens andere verplichtingen verstek liet, is uitstekend en ook Rose Byrne is uitstekend gecast als sterke vrouw met een doel. ‘28 Weeks Later’ had in de handen van een andere regisseur kunnen uitgroeien tot een nieuwe genreklassieker. Nu lijkt het meer op een snelle horrorhap die kijkers knock-out wil slaan zonder dat ze de helft van de tijd écht kunnen zien wat er aan de hand is. Noot aan beginnende filmmakers: een shakende camera maakt nog geen goede film!