Oh, wat een nacht. En het was niet eind december 1963, maar eind februari 1964. Volgend op de titelgevechtoverwinning van bokslegende Cassius Clay op Sonny Lipton in Miami Beach, besluit Clay om de zege samen met zijn vrienden Malcolm X, Jim Brown en Sam Cooke te vieren. Niet door langs de boulevard te flaneren of een feestzaal af te huren, maar door met elkaar te palaveren in een nabijgelegen hotelkamer. Dit op vraag van Malcolm X die nogal wat issues heeft en die in de groep wil gooien.
Die ontmoeting tussen de vier bevriende Afro-Amerikaanse iconen heeft echt plaatsgevonden. Wat er die avond gezegd is, blijft giswerk. Scenarist/schrijver Kemp Power - coscenarist van Pixars 'Soul' - deed een beroep op dichterlijke vrijheid voor de conceptie van zijn eenaktertoneelstuk 'One Night In Miami' dat voor het eerst in 2013 werd opgevoerd. En dat debuterend regisseuse Regina King met veel verve en vernis in filmtaal heeft gegoten.
Als historische praatfilm heeft 'One Night in Miami' scheepsladingen kwaliteiten: Power en King zijn niet gebonden aan officiële transcripties of neergeschreven getuigenissen, maar kunnen zich volledig concentreren op de tijdsgeest en de historische relevantie van de vier personages. Clay staat aan de vooravond van zijn bekering tot de Islam waardoor hij wijd en zijd bekend zou worden als Mohammed Ali. Malcolm X wil zich wegens interne strubbelingen afscheuren van de Nation Of Islam. Jim Brown beseft dat hij maar een marionet van de blanken is bij de NFL en besluit om bij wijze van foert een filmcarrière te ambiëren. Sam Cooke ziet er geen graten in om de blanke massa te entertainen met zijn soultalent, zeker niet als het hem een flinke duit oplevert.
De vier vrienden blijken nogal wat onderlinge conflicten te hebben. Uit historisch perspectief is het interessant om te zien hoe het activisme van Malcolm X niet bij iedereen in goede aarde valt, hoe er onderling racisme tussen Afro-Amerikanen wordt aangekaart, hoe geld en macht worden afgetoetst aan maatschappelijke en raciale verantwoordelijkheden en hoe de segregatie zoals die begin jaren zestig welig tierde een stempel op het kwartet drukt. Klinkt prekerig? Is het niet. 'One Night In Miami' zegt pertinente zaken over de toenmalige stand van de Amerikaanse samenleving - en bij uitbreiding over die van nu - maar is in de eerste plaats een fascinerende ‘zou kunnen’-geschiedenisles die een (waarschijnlijk) fictieve inkleuring van een echte gebeurtenis relevant en ontroerend weet te maken. Met sterk ingeklede monologen en dialogen waarin ook The Beatles, The Stones, Bob Bylan en 'Rio Conchos' de revue passeren.
Vier cruciale levensbeslissingen van vier historische figuren verpakt als vlieg op de muur-onderonsje … knap concept, knappe film. En knappe vertolkingen ook van Kingsley Ben-Adir (Malcolm X), Eli Goree (Cassius Clay), Aldis Hodge (Jim Brown) en Leslie Odom Jr. (Sam Cooke).
De film eindigt met een citaat van Malcolm X en de vermelding dat hij amper een jaar na de hotelavond werd vermoord. Opvallend genoeg geen woord over Cooke die nog vroeger en jonger stierf: in december 1964 werd hij op amper 33-jarige leeftijd neergeschoten in een motel in dubieuze omstandigheden gaande van wettelijke zelfverdediging omdat Cooke over zijn toeren een motelmanager aanviel tot een heus moordcomplot waarin zelfs zijn (blanke) manager was betrokken. Maar dat is een ander verhaal en wie weet misschien ook ooit eens een andere film. Hier is het een geaborteerde voetnoot in een fascinerende en bevredigende valse ware geschiedenis.