Net als Martin Luther King en ABBA had Zack Snyder een droom. Misschien dat Snyder ook wel eens heeft gedroomd over niet-discriminerende menselijkheid en in de douche liedjes over engelen heeft gezongen, maar de droom die hij hier propageert is van een andere orde: het draaien van een film die deel zou kunnen uitmaken van het 'Star Wars'-universum.
Ergens in 2012 ging hij met zijn droomidee aankloppen bij de Jedi-heren en dames van het net door de Disneystudio’s geacquireerde Lucasfilm. Geld werd er echter niet over de tafel geschoven voor Snyders poedelproject waar hij al zo’n vijftien jaar op aan het kauwen was. Tabee, dacht Snyder, dan schep ik wel mijn eigen galaxie ver, ver weg en hij herwerkte zijn gedacht als 'Rebel Moon'. En vond Netflix bereid om zijn idee te financieren. Of ideeën: Snyder liet al meteen duidelijk blijken dat hij een heuse wereldbouwfranchise uit de botten wil slaan. Vandaar de 'Part One' in de titel, en de kans dat Snyder na 'Part Two' zijn rebellenmaan de rug gaat toekeren lijkt aan de kleine kant. Als de goden van het grote geld zijn plannen blijven ondersteunen, weliswaar.
Diep hebben Snyder en zijn coscenaristen alvast niet gegraven bij het ontwikkelen en uitwerken van 'Rebel Moon: A Child Of Fire'. Meer dan het connecteren van elementen uit 'Star Wars Episode IV: A New Hope' en 'The Seven Samurai/The Magnificent Seven' doet Snyder eigenlijk niet. Sommige scènes lijken zelfs heel nadrukkelijk geleentjebuurd, maar dat zal dan wel onder het mom van hommage zijn.
In Snyders universum draait alles rond The Motherland, een militaristische macht die al eeuwen met vaste en oppressieve hand wordt geleid. Nog meer zo wanneer de baldadige senator Balisarius de aan het hoofd staande koninklijke familie vermoordt en als een volleerd despoot het volledige sterrenstelsel afschuimt op zoek naar rebellen die kielhaalwaardig zijn. Een van die stopplaatsen is de landbouwplaneet Veldt waar admiraal Atticus Noble (Ed Skrein) niet zo nobel de stamleider vermoordt en de planeet annexeert om alle oogsten te kunnen inpalmen. Niet naar de zin van de nu voor de goei vechtende voormalige Motherlandsoldaat Kora (Sofia Boutella) die Veldt ontvlucht en op naburige planeten op zoek gaat naar stoere vechtersbazen die willen helpen de bezetters te verjagen. Al zal dat vechten vooral voor in het tweede deel van 'Rebel Moon' zijn waarin de clash tussen The Motherland en Veldt in volle hevigheid moet losbarsten. In dit eerste deel krijg je vooral/enkel te zien hoe Kora’s leger zich uitbreidt door het toevoegen van houwdegens met namen als Titus, Nemesis, Bloodaxe en Tarak op hun identiteitskaart.
Snyder pakt – zoals hij graag doet – uit met nogal wat slowmotionactietaferelen, maar begeesteren doen die al lang niet meer. Gelukkig was Snyder nog niet geboren toen Errol Flynn en Basil Rathbone hun degenrobbertjes uitvochten. Frappant is in elk geval hoe Snyder tussen al de actie en de CGI-werelden door geen vuist weet te maken. Ergens logisch, als je kiest voor een hak en plak-script. Zich differentiëren binnen het overaanbod sciencefictionepen, superheldenmultiversums en aanverwante dure effectenfilms doet hij niet, waardoor de aandachtsballon al vrij snel begint leeg te lopen en je rond de negentigste minuut al niet meer weet wat er een halfuur eerder is gebeurd.
De beginsequenties op Veldt vormen uiteindelijk het beste deel van 'Rebel Moon'. Waar Snyder en co aanvankelijk nog kiezen voor een gestage opbouw, de confrontatie tussen goed en slecht nog op dialoogwerk mag glijden en waarin zelfs Anthony Hopkins stemgewijs opduikt als ‘mechanische ridder’. Gemakkelijk verdiende centen zullen het geweest zijn voor Sir Anthony. Eens 'Rebel Moon' het ruime sterrensop kiest is de kans groot dat je kijkersjeuk krijgt op plekken waarvan je niet eens wist dat je ze had. Of hoe 'Rebel Moon' de zoveelste brok grootschalige blockbustercinema is die nauwelijks een rimpeling veroorzaakt.
Of misschien heeft Snyder het beste opgespaard voor deel twee? Een mens kan maar hopen. En in april volgend jaar de proef op de som nemen door zich te onderwerpen aan 'Rebel Moon – Part Two: The Scargiver'. Al komt er tussen nu en dan eerst ook nog een director’s cut van deze 'A Child Of Fire': een met de drie uur flirtende versie met meer bloed, meer gepraat, meer slow motion en wie wat nog allemaal meer. Lief hoor.
Alex De Rouck
Niets uit deze publicatie mag op welke wijze dan ook worden overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke (per e-mail of brief) toestemming van de verantwoordelijke uitgever.