Maar liefst zestien jaar heeft de filmwereld erop moeten wachten, maar in 1990 breidde Francis Ford Coppola - intussen ook maker van klassiekers ‘Apocalypse Now’ en ‘Rumble Fish’ - een einde aan zijn succesvolle en alom gewaardeerde misdaadtrilogie. Als het aan Coppola had gelegen was deze aflevering er misschien zelfs nooit gekomen. Doorheen de jaren trokken de producers meermaals aan zijn mouw voor een derde aflevering, maar de regisseur wilde er niet van weten. Uiteindelijk stemde hij toch in. Coppola beschouwde deze film als het finale deel en wilde ‘m de titel ‘The Death Of Michael Corleone’ meegeven, maar daar wilde de studio niet van weten. Coppola delfde andermaal het onderspit.
In ‘The Godfather Part III’, de titel waaronder de film uiteindelijk in de zalen verscheen, wil Michael Corleone (Al Pacino) graag de familiezaken legaliseren door hun financiën te linken met deze van het Vaticaan, van wie hij bovendien een pauselijke onderscheiding in ontvangst mag nemen. Het jonge geweld, in de startblokken om business over te nemen, voelt maar weinig voor Michaels plotse vroomheid en wil liever op oude, getrouwe wijze het imperium leiden.
‘The Godfather Part III’ is duidelijk het mindere broertje uit de reeks; het nakomertje dat er niet noodzakelijk had moeten zijn. Maar nu hij er toch is, kunnen we er evenwel van genieten. De film kent een vrij trage aanloop, gekleurd door de aanwezigheid van B-acteurs George Hamilton en Andy Garcia, die nergens de vertolkingen van een James Caan of John Cazale kunnen evenaren. Ook een goede Sofia Coppola of Al Pacino kunnen de meubels niet rechttrekken. Zijn transformatie van niets ontziende don naar een zielige, oude man is niet altijd even geloofwaardig en levert enkele langdradige en irrelevante scènes op; Pacino’s rondleiding in het zonovergoten Italië deed ons teruggrijpen naar het onvermijdelijke uurwerkkijken. In het tweede deel herpakt Coppola zich en geeft hij ons alsnog blijk van hetzelfde talent dat van de eerste twee delen zo’n klassiekers maakte. De haast drie kwartier durende finale in het operagebouw is een kippenvelmoment om u tegen te zeggen en naast een puik scriptschrijver, bewijst Coppola zich ook een knap thrillerregisseur.
“Just when I thought I was out, they pull me back in”, debiteert Al Pacino in de beklijvende finale. Net zoals de maffia Michael Corleone nooit losliet, zal ook deze trilogie de echte filmliefhebber niet loslaten. Toegegeven, dit derde deel haalt nergens het niveau van het meesterwerk dat Coppola 18 jaar eerder inblikte, maar hij blijft nog altijd beter dan het gros van zijn genregenoten. Al bij al een waardig afscheid.