Eerst het goede nieuws: ‘Meet Dave’ is Eddie Murphy’s beste film sinds de onderschatte Hollywoodparodie ‘Bowfinger’ uit 1999 (de ‘Shrek’-films laten we daarbij even buiten beschouwing). Het slechte nieuws echter is dat de grappenmaker, die onlangs aankondigde dat hij de filmindustrie een tijdje voor bekeken zou houden (wellicht alweer een grap), nog altijd terugvalt op z’n geijkte tics en ook nu weer niets nieuws weet te brengen. ‘Meet Dave’ onderscheidt zich echter van misbaksels als ‘The Nutty Professor 2’ en ‘Norbit’ doordat Murphy zelf het opvallend low key houdt.
Zijn vertolking flirt wel opnieuw met de overacting - je kan de man zijn stijl nu eenmaal niet veranderen - maar dit keer draaft hij niet aan in tig verschillende outfits, maar houdt hij het bij een bescheiden twee personages, die er op de koop toe identiek hetzelfde uitzien: zoals Murphy zelf. Zijn eerste rol is die van de kapitein van een ruimteschip dat van planeet Nil richting de aarde gestuurd is om daar het zout uit de zee te slurpen met als doel hun thuisplaneet te redden. Om op aarde niet te veel uit de toon te vallen is hun schip gemodelleerd naar de kapitein, maar dan op mensengrootte (de Nilliaanse gemeenschap bestaat uit mini-mensjes).
Het eerste halfuur weet ‘Meet Dave’ de lachspieren opvallend in gang te zetten, en niet in het minst omdat regisseur Brian Robbins (nochtans de schuldige achter ‘Norbit’) het tempo hoog houdt en daarbij een perfecte balans vindt tussen Murphy’s clowneske gedragingen en de onwennige houding van zijn personage in een wereld die niet de zijne is. Dat levert een boel grappige, doch niet geheel originele scènes op, waarin we zien hoe Dave Ming Chang - de naam waaronder het ruimteschip zich onder de Amerikaanse bevolking mengt - voor het eerst iemand de hand schudt, een glimlach tracht na te bootsen of een kussend koppeltje bestudeert. Ook de verwijzingen naar de popcultuur zijn best geinig (die naar Meat Loaf deed ons gniffelen). Maar halverwege blijkt dat Robbins dit schappelijke niveau niet voor anderhalf uur zal kunnen volhouden en vervolgens stevent hij af op een fletse finale, waaruit elk greintje humor lijkt weggezogen.
In de stijl van ‘Small Soldiers’ en ‘The Indian And The Cupboard’ richt ook ‘Meet Dave’ zich duidelijk op een jeugdiger publiek, dat wellicht veel meer dan de volwassen kijker zal genieten van die nogal makke ontknoping. En daar is helemaal niets mis mee. Zolang Eddie Murphy de schunnigheden beperkt houdt (we telden slechts één toiletgrap, zowaar een record), is hij immers best genietbaar. Maar als zijn uitspraak over een mogelijke acteerstop toch geen grap zou blijken, zullen we de laatste zijn om hem tegen te houden.