Zoeken

Interview met Déborah François ('Le Moine')

Interview Déborah François ('Le Moine')

In ‘Le Moine’, de nieuwe film van Dominik Moll (regisseur van ‘Harry, Un Ami Qui Vous Veut Du Bien’ en ‘Lemming’), vertolkt de Belgische actrice Déborah François de rol van Valerio, een jonge mysterieuze novice die Ambrosio (rol van Vincent Cassel) op de proef zal stellen, een monnik die bekendstaat om zijn strengheid en deugdelijkheid. Cinevision was op zijn hoede voor het interview met de jonge Luikse die in 2009 de César voor beste vrouwelijke belofte wegkaapte maar had al zijn moed bijeengeraapt om haar toch enkele doordingende vragen te stellen over haar duistere kant.

Wat trok u zo aan in de bewerking van deze klassieker uit de gotische literatuur die door Matthew Gregory Lewis in 1796 werd geschreven?
“Vooral het personage Valerio en de mogelijkheid om met Dominik Moll te kunnen werken. Al heel lang wilde ik met hem samenwerken. Ik had zijn films gezien en hou erg veel van de eigen wereld die hij schept. Als actrice is er vrijwel niets opwindender dan te werken met een regisseur die erin slaagt een eigen wereld te scheppen.”

En wat trok u dan in het bijzonder aan in het personage Valerio?
“De ambiguïteit ervan. Het is een erg mysterieus personage en tegelijk is het een sleutelpersonage. Bovendien is het ook gedeeltelijk door toedoen van Valerio dat de hele beproeving van Ambrosio tot stand komt, wat die rol erg interessant maakt.”

Ziet u Valerio als een persoon, als een duistere entiteit of eerder als een neutraal wezen?
“Veeleer als een werktuig. Maar waar ik van hou, is net dat een dergelijk personage aanleiding geeft tot zoveel compleet verschillende interpretaties. Voor sommigen zal Valerio erg manipulatief en kwaadaardig zijn terwijl anderen zullen vinden dat het personage oprecht is, dat het een slachtoffer is en dat alles wat ermee gebeurt niet zijn schuld is. Die verschillende meningen over eenzelfde personage vind ik erg boeiend. Veel meer wil ik er ook niet over prijsgeven omdat ik de kijker de vrijheid wil laten om er zelf een mening over te vormen. Soms laat film bepaalde zaken open. Zo kan het publiek die gaten en bewust niet-geëxpliciteerde stukken opvullen met hoe het de zaken zelf interpreteert.”

Laten we het hebben over het kwaad. De film gaat over zwakheden. Wat zijn uw zwakheden?
“Ik heb er ontzettend veel (lacht)! Ik ben gulzig, ik ben een perfectionist, maar dan in de slechte zin van het woord. Daarmee bedoel ik dat ik me meteen opwind wanneer ik ergens niet in slaag omdat iets leren soms moeilijk is. Daar heb je geduld voor nodig en ik ben niet zo geduldig. Ik wil dat het onmiddellijk lukt en dan ook nog eens dat het onmiddellijk perfect lukt – wat uiteraard onmogelijk is. Sommige zaken moet je stap voor stap leren.”

En wordt u vooral gehinderd of gestimuleerd door die hevigheid?
“Nee, dat stimuleert me wel omdat ik anderzijds ook iemand ben die zich heel snel verveelt. Het zet me aan om rollen op te zoeken die altijd verschillend zijn. Anders krijg ik snel de indruk dat ik altijd hetzelfde doe en me in slaap laat wiegen.”

Heeft werken met Vincent Cassel u extra druk gegeven?
“Niet echt, hij is een vrij normale kerel – behalve dan dat hij hyperactief is (lacht). Ik denk dat het eerder het omgekeerde was. Toen ik hem ontmoette rustte er precies minder druk op mijn schouders. Je weet nooit hoe het zal meevallen met acteurs die al veel films op hun naam hebben staan. Is het iemand die naast zijn schoenen is gaan lopen? Is het iemand die meevalt tijdens het draaien? En werken met Vincent is echt heel aangenaam. Mijn ontmoeting met hem stelde me veeleer gerust.”

Vincent duikt vooral op in boosaardige rollen en u hebt ook al een aantal keer opmerkelijk duistere rollen vertolkt. Spreekt het u meer aan die richting uit te gaan of mag het voor u ook allemaal iets lieftalliger zijn?
“Ik doe de beide wel graag. Ik heb wel zin om komedies te maken, luchtigere zaken, maar tegelijk ben ik ab-so-luut dol op duistere, zelfs kwaadaardige personages. Ik hou wel van de booswichten, vraag me niet waarom. Misschien omdat ik zelf kwaadaardig ben (lacht)! Nee, ernstig, een boosaardig personage is ergens ook een personage dat manipuleert, dat liegt en twee gezichten heeft. En dus moet je ook de beide spelen. Je vertolkt iemand die zich voordoet als iemand anders. Er is een laagje extra en dat vind ik uitermate interessant.”

Hebt u plannen op het vlak van de duistere personages?
“Neen. Ik zit momenteel net op het andere spoor eigenlijk. Op dit ogenblik maak ik eerder romantische komedies, lichtere films, en ondanks het feit dat ik zoiets nog nooit had gedaan bevalt het me wel. We hebben net enkele draaidagen in Brussel achter de rug voor ‘Tribulations D’Une Caissière’, een film die in december in de zalen komt en dat was erg leuk om te doen. Ik had nog nooit de hoofdrol gespeeld in een romantische komedie, het jonge meisje dat verliefd wordt en alles wat daarbij hoort, maar daar had ik ook zin in. Waarom de anderen wel en ik niet (lacht)? Daar was helemaal geen reden voor.”

In ‘Le Moine’ hebt u ook weer een scène waarbij u veel laat zien.
“Ja, maar heel kort. Je ziet bijna niets.”

Dat is misschien wel waar, maar tegelijk is het ook een constante in uw films. Zoekt u die speciaal daarvoor uit?
“Uiteraard, ik kies alleen rollen uit waarbij ik naakt ben. Ik ben er verzot op bij elke gelegenheid uit de kleren te gaan (giert het uit van het lachen). Nee, wat kan ik daar nu op antwoorden? Het zijn de regisseurs die altijd maar films maken waarin er naakte jonge meisjes voorkomen. Daar kan ik niets aan doen. Als ik alleen films kon kiezen waarvoor ik niet uit de kleren hoefde… Nu vind ik dat het past in de film. Er is een vleselijke kant die vereist wordt door het verhaal. De personages leiden een afgeschermd bestaan en dekken hun leven en hun lichaam af. Net doordat er beproevingen en verlokkingen komen zijn er scènes nodig waarbij men ziet hoe zwak het vlees is. Dominik is bovendien iemand die erg discreet is, beschroomd zelfs. Hij had meer moeite met de scènes dan ik. Uiteraard is het nooit echt aangenaam om dergelijke scènes te doen en ik sta er zeker niet om te springen, maar alles hangt af van hoe het gefilmd is en vooral ook waarom. Scenario’s met naaktscènes die niet relevant zijn weiger ik, omdat ik vind dat ze geen nut hebben.”

Vindt u dat een film over religie nut heeft, in deze tijden?
“Ik denk niet dat Dominik zijn film om die reden heeft gemaakt. Voor mij is het in elk geval niet het belangrijkste onderwerp. De film draait niet zozeer om religie, maar om religie bekeken vanuit een bepaalde invalshoek - vanuit de invalshoek van die tijd uiteraard, die compleet verschilt van hoe we religie vandaag bekijken. De film speelt met mystiek, met duistere krachten, met zaken waarover we vandaag niet meer over zouden praten. Je kunt de kinderen vandaag niet meer bang maken met de duivel – of dat hoop ik toch.”

En dat conflict tussen goed en kwaad, speelt dat ook in u? Denkt u daar bewust over na of neemt u de dagen zoals ze komen?
“Neen, voor mij is het eerder een systeem van waarden. In principe moet je wanneer je geen religie hebt - en daarmee wil ik niet zeggen dat je niet in iets gelooft, maar bedoel ik dat men niet aan een bepaalde Kerk toebehoort of een geloof aanhangt – een eigen systeem met morele waarden scheppen. Ik denk er meer op die manier over na.”

En wat zijn uw persoonlijke waarden, in het kort?
“Dat is een beetje hetzelfde zoals bij iedereen. Waarden zoals eerlijkheid, vertrouwen... Iedereen weet voor zichzelf wat niet door de beugel kan. We hebben allemaal wel al voor een situatie gestaan waarbij we dachten: “Maar dat kan ik niet doen, want het is niet wie ik ben, het is niet waar ik in geloof, het is geen daad die ik goed vind”. Zo zijn er meisjes die de vriend van hun beste vriendin verleiden. Achteraf moeten ze zichzelf de vraag stellen, in dat eigen systeem van waarden, of dat aanvaardbaar is of niet. Het is een dom voorbeeld, maar zo gaat dat. En voorts zijn het heel gewone basiszaken: geen drugs, niet stelen, vriendschap hoger inschatten dan een verliefdheid. Maar goed, dat is de theorie, waar men naar streeft.”

En de praktijk?
“Die is zoals in de film. Zodra iets zich concreet voordoet wordt het moeilijk. Men kan in de verleiding komen, maar net dan moet men terugdenken aan dat systeem van waarden en zich de vraag stellen: “Als ik dat doe, zal ik er dan spijt van krijgen?”.”

En gebeurt het soms dat u ergens spijt van hebt?
“Neen. (lacht)”

Echt?
“Niet vaak in elk geval. Ik ben niet iemand die achteraf spijt heeft, net omdat ik de zaken erg rationaliseer en over het algemeen veel nadenk voor ik iets doe. Ik stort me niet blindelings ergens in. Doordat ik op voorhand de pro’s en contra’s afweeg kom ik achteraf zelden voor verrassingen te staan. In die zin geef ik er ook de voorkeur aan iets te proberen en er uit te leren dan iets niet te doen en daar dan spijt over te hebben.”

Laat het vooral niet aan uw hart komen. ‘Le Moine’ komt in België op 13 juli in de zalen. Laten we samen hopen dat veel mensen het duivelse voornemen opvatten om de film te ontdekken.

Hartelijk bedankt voor dit gesprek!

Tom De Vreese

© Cinevision.be/nl

   Bioscoop

   DVD/Blu-Ray